Rouw en verlies horen bij het leven, bij ieders bestaan. Wanneer iemand ons ontvalt die belangrijk is geweest in ons leven, dan zit de pijn onder onze huid. Niet tastbaar weliswaar, niet aanwijsbaar, en voor iedereen anders. Verlies zet ons aan het denken: over ons leven, over het bestaan, over de zin of de onzin van alles. Rouw is niet per definitie psychologisch, niet filosofisch, niet theologisch. Dat zijn slechts perspectieven op rouw, manieren om ernaar te kijken. Want wanneer diepe rouw voor het eerst of opnieuw in ons bestaan binnenkomt, dan omvat die alle aspecten van het bestaan. Wat hier volgt, is een beschouwing op rouwen, geschreven vanuit een filosofisch-existentieel perspectief.
Ongrijpbaar
Wanneer iemand overleden is die je heel dierbaar is, dan ervaar je een mengelmoes van gedachten en emoties: verdriet, woede, onbegrip, eenzaamheid… Het gevoel van afgesneden te zijn van die persoon, doet pijn. Het vraagt tijd eer dat gevoel wat minder allesbepalend wordt. Hoe ondraaglijk de pijn is, hoe lang die pijn tot op de voorgrond doordringt en in hoeverre ze ooit vermindert, is heel persoonlijk. Er staat geen maat op pijn en verdriet. Niemand rouwt volgens een schema of planning.
Stappenplannen kunnen een hulpmiddel zijn, maar ze bepalen de individuele rouw niet. Rouw heeft zoveel facetten, en een model vertrekt steeds vanuit een bepaald perspectief. De fasen in rouw, die Elisabeth Kübler-Ross uitwerkte, en de dualiteit in rouw, die Margaret Stroebe en Henk Schut onder de aandacht hebben gebracht, kunnen ons vast en zeker inzicht geven in rouw in het algemeen. En Uus Knops wijst ons op de kracht van het aanvaarden en het delen van verdriet in woorden en symbolen.
Toch wordt rouw vooral ervaren als iets in je: niet vast te grijpen, niet te beheersen, niet te bedwingen. ‘Het rouwt’ in je, zegt Christine Vandenhole terecht. Die rouw valt niet samen met jou als persoon. Het lijkt wel een deel van je te zijn geworden. Je kunt die rouw ook niet zomaar vergelijken met de rouw van anderen. Intense rouw is iets dat op zichzelf verandert en dat jou daarbij ook transformeert: er is heel vaak een ‘voor’ en een ‘vanaf’. Over een ‘na’ kunnen we moeilijk spreken. Wanneer heb je het verlies van een essentieel persoon in je leven volledig verwerkt en ligt het compleet achter je?
Voorbij de sterkte
Rouw hoéft geen taboe te zijn. We leven in een samenleving die de klemtoon legt op perfectie, op prestatie, op welvaart. Rouw kan in die context als een teken van zwakte worden beschouwd. Helaas, want het is een absurditeit te veronderstellen dat je altijd sterk moet en zult zijn. Al te vaak worden lege boutades op mensen in rouw afgevuurd: “straks wordt het beter”, “je moet er even doorheen”, “kop op”… Ze getuigen van een onvermogen om verdriet te beluisteren en onmacht te accepteren.
“Wat moet ik zeggen?”, denkt men vaak onzeker en gejaagd wanneer men bij iemand langsgaat die rouwt. Het antwoord luidt: heel weinig. Luister naar het verhaal van de ander, maak tijd, laat de stilte toe en de emoties. Er hoeft niet op alles een antwoord te zijn. Schuif een bezoekje vooral niet voor je uit omdat jij je ongemakkelijk voelt. De ander voelt zich in veel gevallen een stuk beroerder. Het is juist heel betekenisvol om het verlies en de gevoelens die het opwekt op de voorgrond toe te laten, kort na het verlies, maar ook daarna. Wat is het toch met ons, Westerlingen, dat we ons ongemakkelijk voelen bij emoties? En vanwaar die veronderstelling dat wij altijd iets moeten doén om het verdriet op te lossen? Op de meeste diepe zaken in het leven hebben we amper vat.
Herinneren
Verlies vraagt om tekens, symbolen, woorden. Door stil te staan bij herinneringen onder de vorm van tastbare dingen en mooie gedachten, geef je jezelf de kans om actief te rouwen. Er kunnen bijzondere momenten uitgekozen worden om persoonlijk bij de overledene stil te staan of om herinneren te delen door samen te komen. Dat wil niet zeggen dat rouwen steeds een droeve gebeurtenis hoeft te zijn.
Het wil ook niet zeggen dat je jezelf moet dwingen om te rouwen. Er zullen meer actieve rouwperiodes voorkomen en eerder kalme periodes, waar er meer ruimte is voor de buitenwereld en voor andere gedachten. Mensen lopen soms onterecht met een schuldgevoel rond, omdat ze vrezen dat ze dan niet genoeg respect opbrengen voor de overledene door aangename momenten te beleven los van de rouw. Terwijl die momenten je juist adem geven om verder te gaan in je rouw.
Geen oplossingen
We denken graag oplossingsgericht. Maar verlies is nooit ‘af’. Het beeld dat het een wonde zou zijn die door de tijd kan worden genezen, draagt evenmin bij aan een rouwverwerking. De tijd op zich heelt helemaal niets. Rouw zou nooit ervaren mogen worden als een ‘last’ die verborgen moet worden voor jezelf en voor anderen. Hoe harder we onze emoties onderdrukken, hoe sterker ze zullen opborrelen. We hoeven niet te baden in verdriet. Wel is het belangrijk om in contact te blijven met onze gevoelens en gedachten.
Door het herinneren van mooie kwaliteiten van de overledene – passies, sterke gedachten en uitspraken, typische eigenheden – kan rouw soms met een glimlach gepaard gaan. Door herinneringen te koesteren – niet op een dwangmatige manier, maar vooral dankbaar ontvangend – leeft die ander verder in jouw gedachten, in je bestaan. Het delen van dat gevoel kan heel bijzonder zijn. Sommige herinneringen zullen vervagen. Dat betekent niet dat je niet erkentelijk bent voor de overledene.
De essentie hou je bij: dat wat die persoon voor jou heeft betekent, hoe bijzonder zij of hij wel was. Ook de kleine kantjes van die persoon mogen een plek krijgen in onze herinnering. We herinneren een mens, geen ideaalbeeld. En een mens is mooi zoals zij of hij is (geweest)...
Literatuur:
KEIRSE, Manu, Helpen bij verlies en verdriet. Een gids voor het gezin en de hulpverlener, Uitgeverij Lannoo, 2017, 288 pagina's.
KNOPS, Uus, Casper. Een rouwboek, Uitgeverij Borgerhoff en Lamberigts, 2022, 192 pagina's.
KNOPS, Uus, Hoe zware dagen dragen, Uitgeverij Borghoff en Lamberigts, 2024, 200 pagina's. (Uus Knops in gesprek met Dirk De Wachter, Stef Bos, Annelies Verlinden, Lieve Blancquaert en anderen op zoek naar inspiratie bij zwaarmoedigheid)
KÜBLER-ROSS, Elisabeth & KESSLER, David, Over rouw. De helende kracht van de vijf stadia van rouwverwerking, Uitgeverij Ambo/Anthos, 2024, 272 pagina's.
VANDENHOLE, Christine, Het rouwt in jou, Uitgeverij Lannoo, 2019, 192 pagina's.
VERHELST, Peter, Voor het vergeten, Uitgeverij De bezige bij, 2018, 336 pagina's. (roman over de angst om herinneringen los te laten)
WORDEN, William J., Grief Counseling and Grief Therapy. A Handbook for the Mental Health Practitioner, Uitgeverij Springer Publishing Company, 2009, 328 pagina's.